door Thijs Bastings
Over elf maanden zal het Olympisch vuur ontstoken worden tijdens de openingsceremonie van de Olympische Spelen in Parijs. Menig topsporter heeft een brandend verlangen naar deelname aan het grootste sportevenement ter wereld. Iedere sport kent haar eigen kwalificatietraject en komende maanden worden de tickets verdeeld. Spannende tijden dus voor sporters die dromen van Parijs.
Historie Olympische Spelen
De Olympische spelen vinden om de vier jaar plaats en worden volgend jaar voor de dertigste keer georganiseerd. Na Londen en Athene wordt Parijs de derde stad die het sportevenement voor de derde keer mag organiseren. De Franse hoofdstad was exact 100 jaar geleden ook al het decor voor de Spelen. Toentertijd namen er 44 landen deel aan de Spelen die bestonden uit zeventien verschillende sporten. Nederland nam destijds tien medailles mee naar huis.
Hoe anders zien de Olympische Spelen er tegenwoordig uit. Een waar sportspektakel met ongeveer 10.500 sporters en 32 verschillende sporten die beoefend gaan worden. Het aantal Nederlanders dat zich kwalificeert stijgt al een aantal edities op rij. In 2012 waren het er ruim 170. Ons land stuurde 241 sporters naar de Olympische Spelen van Rio de Janeiro in 2016 en afgelopen editie – die niet in 2020 maar in 2021 plaatvond vanwege corona – waren dit er zelfs 275. De Nederlandse equipe in Tokio telde zeventien atleten met een Limburgse achtergrond, een record voor de Spelen.
Limburg veroverde in 125 jaar op de Olympische Spelen dertien titels en 29 medailles. De meest recente medailles werden in Tokio behaald. Gabriela Schloesser en Steve Wijler (handboogschieten, mixed team event) en Tom Dumoulin (wielrennen, tijdrit) wisten zilver te bemachtigen. Roeister Lisa Scheenaard uit Weert nam samen met haar duo partner een bronzen plak in ontvangst. Maaike Head uit Meerssen was de laatste Limburgse die, samen met haar roeipartner Ilse Paulis, de gouden medaille om haar nek gehangen kreeg tijdens de Spelen in 2016. Welke Midden-Limburgse sporters maken er volgend jaar kans om in de voetsporen te treden van deze oud-medaillewinnaars?
Cheryl Seinen
De Roermondse Cheryl Seinen is een van de kanshebsters voor een plek in het Nederlandse team. In 2021 nam ze ook al deel aan de Spelen op het onderdeel badminton. Samen met haar partner behaalde ze een knappe zesde plek. Na de Spelen is Seinen geswitcht van partner. Dat betekent ook dat ze plekken heeft ingeleverd op de ranking. Samen met Debora Jille, haar nieuwe partner, werd ze afgelopen zomer tweede op de Europese Spelen in Polen. Vorige week strandden ze in de tweede ronde op het WK. Of Seinen uiteindelijk naar de Spelen zal gaan, hangt af van haar ranking. Ze zal nog flink wat plekken moeten stijgen, maar heeft daar wel tot eind april 2024 de tijd voor.
Handboogschutters
Steve Wijler wist tijdens de Spelen van 2021 verrassend het zilver te pakken bij de mixteams. De handboogschutter deed dit samen met de Mexicaans-Nederlandse Gaby Schloesser. De kans is groot dat beide schutters er ook weer bij zullen zijn in Parijs. Wijler wist in mei dit jaar nog een bronzen medaille te halen op de Hyundai Archery World Cup in Shanghai. Schloesser eindigde begin deze maand op een knappe vierde plaats tijdens het WK in Berlijn samen met haar teamgenoten Laura van de Winkel en Quinty Roeffen uit Horst.
Britt Bongaerts
De Nederlandse volleybalsters maken momenteel een sterke indruk op het EK. Britt Bongaerts maakt zich samen met haar team op voor de knock-outfase. Na het EK mag de Roermondse zich opmaken voor een kwalificatietoernooi in China. De vrouwen nemen het naast het gastland op tegen Servië, Dominicaanse Republiek, Canada, Tsjechië, Mexico en Oekraïne. De eerste drie landen staan hoger op de wereldranglijst dan Nederland (12). Het wordt dus een lastige kluif om bij de eerste twee te eindigen. Alleen die plekken geven recht op een Olympisch ticket. Mocht dit niet lukken tijdens het toernooi in september, dan kan ook de positie op de wereldranglijst nog een ticket opleveren. En daarvoor telt ook het resultaat op het EK.
Vera van Pol
Turnster Vera van Pol was een van de zeventien Limburgse sporters die deelnam aan de Spelen in 2016. De gymnaste uit Tungelroy deed daarna een stapje terug. Het WK in Antwerpen dit najaar is cruciaal voor Van Pol en de Nederlandse ploeg. Inzet: negen resterende tickets voor de Olympische landenwedstrijd.
Lisa Scheenaard
Lisa Scheenaard wisselt dit jaar de dubbeltwee en de dubbelvier af, maar lijkt nog geen certitude voor Parijs. De Weertse was in Tokio nog goed voor brons in de dubbeltwee. Haar lot ligt in handen van bondscoach Eelco Meenhorst die de gekwalificeerde boten naar eigen inzicht kan bemensen.
Inge Jansen
Mocht schoonspringster Inge Jansen komend jaar de Spelen halen, dan is dat niet alleen een knappe maar vooral ook een bijzondere prestatie. Na haar vijfde plaats in Tokio koos de Maasbrachtse voor het moederschap. Jansen keerde na haar bevalling terug voor een traject op de 3-meterplank synchroon met Celine van Duijn. Op het WK afgelopen juli bleef het duo steken op een tiende plaats, waardoor hun A-status bij NOC*NSF en de daaraan gekoppelde financiering onder druk staat. Zonder A-status kan Jansen haar Olympische droom voorgoed opbergen.
Andere Limburgers die kans maken op tickets voor de Spelen zijn voetbalsters Lieke Martens (Bergen), Dominique Janssen (Horst), Romée Leuchter (Schinveld) en Lynn Wilms (Tegelen), handbalsters Inger Smits (Geleen), Harma van Kreij (Venray) en Larissa Nusser (Born), hockeyster Kyra Fortuin (Maastricht), skateboardster Candy Jacobs (Tegelen), tennisster Demi Schuurs, judoka’s Lieke Derks (Belfeld) en Ivo Verhorstert (Venlo) en springruiters Sanne Thijssen (Sevenum) en Leopold van Asten (Venray).
Sinds 1928 – het jaar dat de Spelen plaatsvonden in Amsterdam – is het evenement nog nooit zo dichtbij huis geweest. De openingsceremonie in Parijs belooft nu al memorabel te worden. Voor het eerst in de geschiedenis vindt de ceremonie namelijk buiten een stadion plaats. De iconische Seine markeert de route waarop zo’n 10.500 Olympische atleten op 160 boten voorbij zullen varen. Een ding is zeker. Er zal minimaal een Oranjegekleurde boot te zien zijn tijdens de botenparade. Hoeveel Limburgse topsporters er aan boord mogen, is nog de vraag.