De gemeente Leudal staat er financieel goed voor. Geen reden om nu met geld te smijten, vinden raad en college. Wel moet er voortvarend werk gemaakt worden van woningbouw. Maar is er wel overal plaats voor sociale woningen? Wethouder Martens meent van wel.
‘We moeten ons niet rijk rekenen.’ De uitdrukking kwam van Stan Backus van Ronduit open, maar werd in andere bewoordingen verschillende keren herhaald tijdens de raadsvergadering van 2 juli, waar de kaderbrief werd besproken.
Hieruit blijkt dat de gemeente er goed voor staat. Maar Leudal dankt dit positieve resultaat aan enkele meevallers en nog meer aan minder uitgaven dan begroot. Dat ligt aan het grote personeelstekort binnen de gemeente, en aan projecten die zijn blijven liggen. De huisvesting van het onderwijs bijvoorbeeld, vraagt enkele tientallen miljoenen.
Afgehamerd
Het gunstige financiële plaatje is dus incidenteel, terwijl de gemeente een toekomst tegemoet ziet van structureel hogere uitgaven. En daar hoort woningbouw zeker bij. Het tekort aan woningen is groot, ook daar is de voltallige gemeenteraad het over eens. Een eerder agendapunt tijdens die vergadering werd daarom unaniem afgehamerd: een bestemmingsplanwijzigingen voor de bouw van woningen in Hunsel.
Lees ook: Wonen op voormalige sportvelden in Hunsel
Het was Jort Raemakers van D66 die voortvarend stelde: “Geen straatje, maar een woonwijk erbij.” Als voorstel noemde hij Sint Ursula in Heythuysen. Een terrein dat volgens hem uitstekend geschikt is voor woningbouw. Peter van Melick van het CDA vindt zo’n woonwijk een goed plan, maar ziet ook graag straatjes erbij. Zodat er in alle kernen in de gemeente kan worden gebouwd.
Sociale huurwoningen
Meer woningbouw moet. Daarover was geen onenigheid. Maar er zijn drie soorten woningen. Er is behoefte aan betaalbare woningen voor mensen met lage of middeninkomens; aan vrije sectorwoningen en er is behoefte aan sociale woningen. Wethouder Martens wil inzetten op een gelijke verdeling van die drie, maar Leo Linssen vroeg zich af of er wel overal vraag is naar sociale woningbouw.
“Ik weet dat de minister verplicht heeft gesteld dat 30 procent uit sociale woningbouw moet bestaan, maar in de kleine kernen zijn die sociale woningen moeilijk te verhuren”, meent hij. Als voorbeeld noemt hij Hunsel en Nunhem. “Bouw die woningen niet in kernen waar die mensen niet willen wonen.”
Wethouder Robert Martens was daar snel mee klaar. “Ik hoor ook geluiden dat mensen graag een huurwoning willen, maar ze zijn er niet. We moeten dus naar betaalbare woningen toe. Anders bouwen we alleen voor wie het kan betalen. Voor wie wel vijf, zes of zeven ton te besteden heeft. Dat moeten we niet willen.”
Brainport Eindhoven
Van Martens mag er dus ingezet worden op de bouw van sociale woningen, “in alle kleine kernen.” Waar dat mogelijk is, mag er van hem een straatje erbij. Grote voorwaarde daarbij is wel dat er betaalbare woningen komen. Daarnaast wil Martens de kleine kernen langs de A2 uitbreiden en zien of er mensen te lokken zijn vanuit de grote steden. Uit Maastricht of de brainport Eindhoven. Maar topprioriteit voor de wethouder blijft Heythuysen. Eenvoudigweg omdat daar de laatste jaren minder is gebouwd dan nodig was.
VLM Nieuws