In het kerkdorp Nunhem staat een prachtige, historische kapel: de Servaaskapel. De kapel is dringend aan restauratie toe. Inwoners van Nunhem hebben de handen ineen geslagen om de kapel te redden. Aan eenieder de oproep mee te denken op welke wijze aan dit mooie burgerinitiatief invulling gegeven kan worden. De Servaaskapel is een devote plek waar je een kaarsje met een mooie intentie aan kunt steken, op een idyllische manier kunt trouwen of waar je een kind kunt laten dopen. Een bijzondere plek waar tradities worden gekoesterd zoals het jaarlijks bloementapijt en de processie met openlucht mis.
De ontstaansgeschiedenis van de kapel gaat terug naar het jaar 1288. Toen was er al in Nunhem sprake van een verering van Servaas. Uit stukken anno 1796 wordt gesproken over een kapel. Het kapelletje werd het “Sinte Servaes husken” of het Sint Servaashuisje genoemd. Dit eenvoudige kapelletje was hoogstwaarschijnlijk opgetrokken in hout met een rieten dak. Tekeningen of foto’s van dat gebouwtje zijn tot nu toe niet gevonden.
De kapel uit 1796 raakte zodanig in verval dat in 1891 werd besloten deze af te breken en een nieuwe van steen te bouwen. De nieuwe kapel werd ontworpen, gebouwd en gedeeltelijk betaald door J. van Groenendael uit Amsterdam. De welgestelde Nunhemmer Joachim Franssen, ook de bouwer van de St. Jobkapel, heeft meebetaald aan de bouw. Op het dak liggen leien en in het torentje zit een klein klokje dat bij plechtigheden wordt geluid. Op 16 mei 1892 kwam deken Corsten van Roermond naar Nunhem om de nieuwe kapel plechtig in te wijden.