Twee wekelijks schrijft Jules Zollner in de rubriek BLIK UIT HET VENSTER een aansprekende column over zaken uit Midden-Limburg. Meer informatie over Jules Zollner kunt is te vinden op zijn website juzonieuws
“Goejjenaaffind”.
Zo begon Peter R de Vries iedere uitzending. Hij deed zijn werk volkomen onafhankelijk. Daarmee was hij uniek voor alle andere misdaadverslaggevers.
Hij vreesde al langer voor een aanslag op zijn leven. Vijftien jaar geleden stopte hij met zijn werk. De dreiging en de druk waren te zwaar, zei hij. Hij ging toch weer door, omdat de mensen dat van hem vroegen.
De Vries gaf nooit kritiek op politie of Justitie. Hij had zijn eigen team van rechercheurs. De Amerikaanse methode, alles zeggen en alles tonen, had voorrang. Mensen, slachtoffers, pechgevallen, stond hij persoonlijk bij. Dat is al uniek, voor misdaadverslaggevers.
Bij hem kon niemand in de schaduw staan. John van den Heuvel, Telegraaf, oud-politieman, is veel beperkter. Van de overige misdaadverslaggevers in Nederland is er geen een met de kwaliteiten van De Vries. Ze zijn woordvoerders van de woordvoerders van politie en Justitie.
De Vries had geen woordvoerders en kopstukken van politie en justitie nodig. Hij deed alles zelf. Foutloos, en met bijzonder veel succes. Het lijdt geen twijfel, dat hij daarvoor de methode van informatie-uitruil, gebruikte.
Wat hem de das heeft omgedaan, en wat hij verwachtte, was de wispelturigheid en onbetrouwbaarheid van de penose.
Zakendoen met zwaarverslaafde topcriminelen is hoogst gevaarlijk. Hij bleef daarbij afstandelijk. Integer, betrouwbaar en meegaand.
Peter R de Vries had één huizenhoog groot voordeel: hij sprak langzaam en duidelijk maar hij dacht razendsnel. Een perfect geheugen en feilloos in de planning. Dat maakte hem tot de beste misdaadverslaggever die we in Europa ooit gehad hebben.
Hij gaf nooit op en beet zich vast als een terriër. De Vries had misschien overdaad aan flair. Hij vergiste zich nooit en reageerde razendsnel. Hij had niemand nodig om zijn werk perfect te kunnen doen.
Al deze eigenschappen zijn “in de lagere regionen”, de misdaadverslaggeving op lokaal en regionaal niveau, onbekend. Nu De Vries er niet meer is, stort de verslaggeving in.
Er zijn alleen maar schuchtere na-praters van de voorlichters. “Wat niet weet dat niet deert”.
Politie en Justitie bezien verslaggevers altijd als vijanden. Pers en openbaarheid, verslaggeverij en nieuwsmedia zijn echter het hoogste wat er bestaat. De georganiseerde misdaad lacht zich een hoedje.
Naschrift
Wim Schulpen van De Limburger en ik van het Limburgs Dagblad hebben van 1968 tot 1988 misdaad-, politie- en Justitie verslaggeving gedaan. Ook bij andere kranten. In 1988 zijn we daarmee gestopt. Het werd te gevaarlijk.
De politie kon ons op ons verzoek geen beveiliging geven. Sindsdien is er in de Limburgse pers en media geen misdaad, politie en rechtbankverslaggeving meer geweest.
Het publiek vraagt er niet meer om, en heeft geen interesse in de misdaad. Limburg heeft de hoogste “doorgangs”-criminaliteit
met aangrenzend buitenland, van heel het land. Het einde van Peter R De Vries is van zeer grote, tragische betekenis.
Jules Zollner.