Bisdom Roermond – de betekenis van Aswoensdag

Aswoensdag – de eerste dag na Carnaval – is de eerste dag van de veertig dagen durende vastentijd die loopt tot Pasen (zondagen niet meegerekend). Aswoensdag is een dag van boetedoening, waarop de gelovigen een kruisje van as op het voorhoofd krijgen getekend. Zo tonen zij berouw voor hun begane zonden.

Aswoensdag is de eerste dag van de 40-daagse vastenperiode voorafgaand aan Pasen. In die veertig dagen voor Pasen leven de mensen heel sober, er wordt alleen het hoogstnoodzakelijke gegeten. De vastentijd herinnert de katholieken aan een verhaal uit de bijbel waarin Jezus veertig dagen in de woestijn doorbracht zonder eten en drinken.

Om de ernst van het niet zomaar alles te kunnen eten en drinken te onderstrepen is er op Aswoensdag een kerkdienst in de katholieke kerk waarbij iedere kerkganger naar voren moet komen en voor het altaar staand van de priester een kruisje van as (verkoolde blaadjes) op het voorhoofd krijgt, met de woorden:

“Gij zijt gekomen uit as
en tot as zult ge wederkeren”

As is een teken van menselijke gebrekkigheid en sterfelijkheid. As is ook een teken van nieuw leven. In vroegere tijden werd met as gewassen: as heeft een reinigende kracht. Ook het afbranden van de stoppels op akkers maakt de grond vruchtbaar. As werd op het hoofd van zondaars gestrooid; as reinigt en geeft kracht tot nieuw leven. De as voor het askruisje is afkomstig van de verbrande en gezegende palmtakjes van de paasperiode van het voorgaande jaar. Als symbool betekent het dat de takjes van jubel en vreugde verbrand moeten worden – door de dood heengaan – om tot teken te worden van het kruis, de dood en de verrijzenis.

Weerspreuken
“Schijnt op Aswoensdag de zon, dan wordt het een goed appeljaar.”
“Het weer van Aswoensdag, houdt men de gehele vasten.”
“De vastentijd zonder regen, verkondigt een jaar met veel zegen.”

Dit bericht delen:
Scroll naar boven